Ga naar de inhoud
Maak direct een afspraak

Heup- of knieprothese plaatsing bij artrose

In de afgelopen twee jaar zijn er veel operaties niet door gegaan vanwege de coronapandemie. Veel mensen met heup- en knie artrose hebben lang moeten doorlopen met klachten. Sinds een aantal maanden zien we nu weer een groot aantal aanmeldingen in de praktijk die nu een prothese plaatsing hebben gehad.

Zo ook Roelof Eding. Na een aantal jaar met toenemende klachten aan beide knieën gaat hij in overleg met de orthopeed voor een Total Knee operatie. Binnen 1,5 jaar wordt er zowel links als rechts een prothese geplaatst. Aan de rechterkant is dit al gebeurd en begin maart is de linkerknie aan de beurt. Roelof zit nu -weer- in de revalidatie. Wat is nu precies artrose en hoe ziet de operatie en de nabehandeling van een prothese plaatsing eruit.

Artrose

Artrose is de meest voorkomende aandoening van het houdings- en bewegingsapparaat, waarbij de heup en de knie tot de meest voorkomende lokalisaties behoren. Kenmerkend is een langzaam en wisselend progressief verlies van gewrichtskraakbeen. Vaak raakt het gewricht ook (licht) ontstoken. Pijn is voor de meeste mensen het belangrijkste symptoom van heup- en/of knieartrose. Deze pijn treedt aanvankelijk op bij het starten van bewegen en bij langdurig belasten; de pijn neemt vaak toe naarmate de dag vordert. In latere fasen is er ook pijn in rust en nachtelijke pijn. Stijfheid bij artrose is meestal startstijfheid, die na enkele minuten verdwenen is.

Zowel bij heup- als knieartrose kunnen er, ten gevolge van pijn en stijfheid, bewegingsbeperkingen, standsafwijkingen en/of instabiliteitsproblemen ontstaan bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten, zoals lopen, traplopen, gaan zitten en opstaan, en sokken en schoenen aantrekken. Problemen met de stabiliteit kunnen leiden tot een gevoel van onzekerheid tijdens het uitvoeren van activiteiten. De stoornissen en de beperkingen in dagelijkse activiteiten kunnen leiden tot beperkingen in de maatschappelijke participatie, zoals werk, recreatie en/of sport.

“Ik kon nog geen 100 meter lopen voor de operatie, zoveel pijn had ik er aan.” vertelt Roelof.

Afhankelijk van het klachtenpatroon, lichamelijk onderzoek en aanvullend onderzoek wordt er besloten wat de beste behandeling voor u is.

Conservatief traject

Vaak wordt er eerst een conservatief (niet opereren) traject door huisarts of specialist ingezet, dit houdt in:

  • Je krijgt adviezen voor het veranderen van je leefstijl
  • Het advies kan gaan over actief bewegen en voeding
  • Een fysiotherapeut of diëtist kan je eventueel begeleiden
  • Je kunt daarnaast eventueel pijnstillers slikken
  • Overweeg hulpmiddelen zoals een wandelstok (aan de gezonde zijde) of rollator bij klachten door activiteiten uit het dagelijks leven

Als het conservatieve traject niet meer helpt, kan een operatie uitkomst bieden. Er zal een prothese geplaatst worden.

Rapid Recovery

Binnen Orthopedie Treant wordt het Rapid Recovery programma gevolgd bij patiënten die een heup- of knieprothese krijgen. Rapid Recovery betekent letterlijk ‘snel herstel’. Dit houdt in dat Treant ernaar streeft dat je op de dag van de operatie ook de eerste stappen zult gaan zetten onder begeleiding. Onder de juiste omstandigheden kunnen de meeste patiënten binnen 24-48 uur het ziekenhuis lopend met hulpmiddel weer verlaten.

Het plaatsen van de prothese van zowel de heup als knie gebeurt dus met een opname in het ziekenhuis van twee dagen. Op de dag van de opname vindt de operatie plaats en in principe ga je de volgende dag weer naar huis.

Zo ook bij Roelof. Rick Feldhaus, sinds 1983 fysiotherapeut in Emmerhout, komt dus al vrij vlot aan huis om te starten met fysiotherapie. “Eerder waren de patiënten standaard 4 nachten na de heup- of knieoperatie nog in het ziekenhuis. Tegenwoordig gaan ze vaak al de volgende dag weer naar huis. Dit kan in principe prima, zij het met professionele begeleiding” vertelt Rick.

Het is gebleken dat dit herstelprogramma zorgt voor een beter resultaat. Je bent sneller weer op de been en kan ook sneller weer je normale leven oppakken. Voorheen hadden patiënten een veel passievere rol in hun eigen herstel. Men lag langer op bed en het revalideren werd langzaam uitgebreid. Dit leidde tot een verlies van spiermassa, toename van het aantal complicaties en een onnodig lang verblijf in het ziekenhuis. In tegenstelling tot eerder heb je nu een veel actievere rol in je eigen herstel. Zo wordt er verwacht dat je kort na de operatie start met bewegen. Treant beschouwt je niet als ‘ziek’ maar gaat juist uit van wat je allemaal wel kan. Het herstel vraagt van je een actieve houding, inzet en doorzettingsvermogen.

Roelof zegt: “De eerste dagen en weken staan vooral in het teken van het mobiliseren van de knie, zorgen dat hij weer goed kan buigen en strekken. Ook kreeg ik veel advies en antwoorden op vragen. Omdat dit mijn tweede knieprothese is wist ik natuurlijk al wel waar ik aan toe was.”

Revalidatietraject fysiotherapie

Iedere revalidatie start met een uitgebreide intake, waarbij wordt vastgesteld wat je hulpvraag is en welke verwachtingen je hebt van de revalidatie. Daarnaast wordt een lichamelijk onderzoek verricht en worden een aantal metingen verricht op het gebied van spierkracht, stabiliteit, mobiliteit en coördinatie. De gemiddelde fysiotherapeutische behandelperiode varieert van 14 weken voor een totale heupprothese, tot 18 weken voor een totale knieprothese, bij bijzonderheden of complicaties is bij zowel totale heup als totale knieprothese een uitloop mogelijk tot 26 weken.

Eerste fase

  • Het geven van informatie en advies in relatie tot uw heup, knie klachten
  • Behandelingen gericht op “pijnmanagement” (mobilisatie- en manuele technieken, ter verbetering van de beweeglijkheid)
  • Aanvang spierfunctie verbetering
  • Opvoeren belasting gewricht, lopen met 1 of 2 krukken
  • Functionele oefeningen (opstaan en gaan zitten, het oefenen transfers, etc.)
  • Wondcontrole

Tweede fase

  • Oefentherapie in de oefenzaal
  • Opbouw van een oefen- en trainingsprogramma, gericht op herstel van het bewegingsgevoel van de heup of knie.
  • Verbetering van mobiliteit (beweeglijkheid), spierkracht en uithoudingsvermogen
  • Coördinatie- en stabiliteitstraining
  • Looppatroon verbeteren; afbouwen van loophulpmiddelen, zoals krukken
  • Uitbreiding van functionele oefeningen (oefenen transfers, lig naar zit en opstaan uit stoel of bed)

Derde fase:

  • Oefentherapie in de oefenzaal
  • Start van het actief stabiliserend en mobiliserend oefenprogramma
  • Start van de functionele training gericht op o.a. loopscholing en normaliseren van de dagelijkse handelingen
  • Het verbeteren van het beweeggedrag, zodat de controle over je klachten toeneemt
  • Vervolg van het verbeteren van mobiliteit (beweeglijkheid), kracht, coördinatie, evenwicht
  • Verhogen van het aerobe uithoudingsvermogen

wwwebsite door Webba